De dag nadat ik vorige maand op LinkedIn postte over de zware jaren na mijn kankerdiagnose, mijn val naar de diepte en wat mij dat op werkgebied heeft opgeleverd, had ik een gesprek met een vriend. Ook hij freelancet al jaren.
“Moest je dat nou echt doen?”, vroeg hij. “Denk je niet dat opdrachtgevers je nu minder snel zullen uitnodigen voor een gesprek? Ben je niet té open?”
Mijn eerste instinctieve reactie was er een van schrik, direct gevolgd door een golf van schaamte. Had ik nou iets heel doms gedaan?
Patronen zitten vezeldiep en onze conditioneringen zijn hardnekkig en hebben het stuur vaak stevig in handen.
Ik haalde adem en nam pauze, want inmiddels weet ik gelukkig dat:
Ik voel een lach opkomen en kijk hem aan. ‘”Ja, natuurlijk moest ik dit doen, dit is toch wie ik ben.”
Openheid is een van mijn meest belangrijke kernwaarden. Het zit in mij vanaf mijn eerste adem. Volgens mijn moeder – en dit vertelt ze graag en vaak - ben ik mededeelzaam geboren.
Openheid was van levensbelang tijdens mijn ziekteproces en heeft in grote mate bijgedragen aan mijn herstel. Openheid verbindt, met jezelf en met anderen. En verbinding is een eerste levensbehoefte.
Openheid laat zien wie je echt, in wezen bent. En echt zijn is wat ik wil. Omdat het zoveel meer levensvreugde biedt. Dit wil ik voor mezelf, maar als ik eerlijk ben – ik denk graag groot - voor de gehele mensheid.
En openheid is soms gigakneiter eng.
Waar het op neer komt is dit. Als een opdrachtgever mij na het lezen van die vorige post niet belt omdat zij of hij mijn woorden koppelt aan zwakte of er een andere negatieve gedachte bij heeft, dan is dat goed. Dan passen wij niet bij elkaar.
Als ik ’s ochtends de deur dichttrek om naar mijn werk te gaan (herinner je het nog, ergens voor half maart), neem ik mezelf in volledigheid mee. En is geen Branda privé en Branda zakelijk. Niet als het gaat om wie ik in wezen ben en waar ik voor sta.
Ik pas daarom ook het beste bij bedrijven die net als ik openheid omarmen. En dus bij bedrijven die echt zijn. Die goed weten wie ze zijn (en wie niet). En dat heel zuiver vasthouden in alles wat ze doen, zeggen en laten zien. Helder, eerlijk, oprecht en transparant. Intern en extern.
Dan is openheid zo moeilijk niet meer. Want als je altijd al zuiver bent, hoef je niks te verbergen.
Er is niet veel waardevoller dan dat.